Vraagstelling
De Waddenkust grenzend aan het Werelderfgoed Waddenzee is een zone tussen de Waddenzeedijk en de kwelderwallen met de terpen en wierden van Den Helder tot aan de Duitse grens. Deze zone bestaat grotendeels uit een (intensief) productielandschap van veeteelt, akker- en tuinbouw. Hier ligt een majeure opgave (o.a. door verzilting) in de transitie van de landbouw. De centrale onderzoeksvraag van dit ontwerpend onderzoek is:
Welk samenhangend systeem is nodig voor een agrotoeristische infrastructuur langs de Waddenkust die bijdraagt aan de transitie van de landbouw als het gaat om de maatschappelijke, klimatologische en ecologische opgaven?
De ruimtelijke identiteit en de kernwaarden van dit dynamische kustlandschap, de ecologie en erfgoed zijn de basis voor het ontwerpend onderzoek naar een kansrijke, samenhangende duurzame agrotoeristische infrastructuur. Het gaat om het benutten van de kernwaarden als onderdeel van de multifunctionele of natuurinclusieve landbouw, met agrotoerisme als professionele bedrijfstak (destinatiebeleid). Op dit moment ontbreekt het aan een ruimtelijke samenhangende structuur die voor de ondernemer aantrekkelijk is om in te investeren. Bij het ruimtelijke ontwerp zijn de volgende vragen relevant:
- Welke vernieuwende samenhangende systemen en structuren kunnen ingezet worden om een duurzame, toekomstgerichte en natuurinclusieve vorm van landbouw in het kleiweidelandschap te ontwikkelen op basis van cultuurlandschappelijke waarden en regionale identiteit?
- Hoe kan de ruimtelijke structuur op lokaal, regionaal en bovenregionaal niveau bijdragen aan een toekomstbestendig samenhangend systeem voor de landbouw aan de Waddenkust.
3 stappen
De 3 stappen van het ontwerponderzoek betreffen 3 schaalniveaus, waarin de verschillende opgaven centraal staan en waarin wordt samengewerkt met verschillende partijen en beleidsthema’s:
- Agrotoeristisch boerenerf (lokaal): ruimtelijke inrichting van een gastvrij en toegankelijk erf, scheiding privaat (publieks- en privaat deel bedrijfsgedeelte) en publiektoegankelijkheid, zowel dag- (educatie) als verblijfsrecreatie; uitwerken van boer-burger-bezoeker relatie.
- Agrarische erf(goed)ensemble (regionaal): een aantrekkelijk landschap met recreatieve routes, samenwerking met het dorp en recreatieve (verblijfs)voorzieningen; uitwerken van regionale streekproducten en lokale ketens.
- Reeks van agrarische erf(goed)ensembles langs de Waddenkust (bovenregionaal): aantrekkelijke regio voor de stedelijke kernen (het keten- en systeemdenken) uitwerken van de relatie stad-platteland.
Vernieuwende integrale ontwerpstrategieën worden ingezet om de karakteristieke kernwaarden van het cultureel erfgoed van het (historische) productielandschap en de sociale opbouw van het gebied te verbinden als onderdeel van het agrarisch-toeristische product. Daarbij wordt een creatief en informeel ontwerpproces toegepast waarin het ruimtelijk ontwerp (design thinking), co-creatie en participatie worden ingezet om te inspireren en tot verschillende modellen te komen. Het gaat om een gebiedsgerichte aanpak, waarbij we inzetten op kennisdeling van de regio’s met vergelijkbare identiteiten en productielandschappen. De verschillende modellen op 3 schaalniveaus uit het ontwerponderzoek resulteren in een handreiking voor nieuw beleid voor een samenhangend systeem voor de agrotoeristische infrastructuur langs de Waddenkust.
Beoogd effect
Het beoogde effect van deze handreiking voor nieuw beleid is: Het bevorderen van agrotoerisme als professionele bedrijfstak voor multifunctionele en natuurinclusieve landbouw; Het versterken van het regionale imago langs de Waddenkust (destinatiemarketing); Het stimuleren van duurzame streekproducten en korte ketens; Het
verbeteren van de boer-burger-bezoeker relatie; Het versterken van de relatie stad-platteland. Hierbij wordt ingespeeld op verschillende (beleids)thema’s, zoals het netwerkplatform ‘Boer & Business in Balans’ in Noord-Holland (opgericht om de overgang naar een duurzamer voedselsysteem te stimuleren). Het leidt tot meer kennis en bewustzijn over kansen voor een duurzame verbinding tussen vrijetijdseconomie en de transitiemogelijkheden voor de (intensieve) landbouw. Naast het ruimtelijk instrumentarium levert het beleidsaanbevelingen om de beleving van de ruimtelijke kwaliteit van dit gebied te versterken en om maatschappelijke betrokkenheid en draagvlak te vergroten. Daarmee kan de afstand tussen stad en platteland worden verkleind en de samenhang tussen economie, erfgoed en ecologie duurzaam worden versterkt. Dit onderzoek resulteert tevens in nieuwe inzichten over de toepassing van een gebiedsgerichte aanpak bij ruimtelijke landschappelijke en sociale vraagstukken.
Kennisdeling/ borging
De kennisdeling van de samenwerkende partners en vertegenwoordigers van de doelgroepen staat centraal tijdens de drie ontwerpateliers. Daarbij werken we per sessie twee verschillende regio’s uit in drie provincies en acht gemeenten. De resultaten van de drie sessies worden digitaal uitgewerkt in een visueel aantrekkelijk vormgegeven handreiking, die wordt gedeeld met alle betrokken partijen. De handreiking wordt verstrekt aan de verschillende beleidssectoren op het gebied van landbouw en gastvrijheidseconomie en gedeeld met partijen die samenwerken aan innovatieve oplossingen die ons voedselsysteem meer in balans brengen vanuit het milieu, de bodem, het verdienmodel van de boer, de omgeving en onze gezondheid. De samenhangende structuur kan meegenomen worden in nieuw te ontwikkelen beleid voor de transitie van de landbouw. De handreiking wordt afgestemd met de klankbordgroep (zie bijlage 3) en de resultaten geborgd door het digitaal beschikbaar stellen van een agrotoeristische routekaart van acht regio’s ter inspiratie voor agrarische ondernemers en hun potentiële bezoekers. Op een afsluitend webinar worden alle resultaten voor de deelnemers en betrokken gedeeld. In 2023 biedt de Landschapstriennale Dynamische Waddendelta [L] 2023 een podium om de resultaten voor een breed
publiek te presenteren.
Nul-scenario
Het begrip agrotoerisme is niet nieuw, een ruimtelijke agrotoeristische infrastructuur daarentegen wel. In het beleid van de Waddenprovincies en -gemeenten is vastgelegd dat ingezet moet worden op een sterker agrotoerisme aan de Waddenkust. Het ontbreekt echter aan een concrete samenhangende ruimtelijke structuur waar de agrarische bedrijven de potentie van dit unieke kustlandschap kunnen benutten. De potentie van de bedrijfstak lijkt groot, maar is tot op heden nog niet concreet vertaald als een professionele bedrijfstak. Zeker als het gaat om de agrotoeristische infrastructuur van een regionaal netwerk van bedrijven in relatie tot de kernwaarden van het cultuurlandschap. Dat geldt ook voor regionale streekproducten en -merken bij lokale, regionale en bovenregionale verkooppunten aan de Waddenkust.
Positionering
In dit productielandschap met hoge waarde voor natuur en cultuur bestaat er ruimte voor natuur- en landschapsinclusief ondernemen, maar ook voor een volwaardig verdienmodel voor agrotoerisme. Uit een eerste verkenning van deze ontwerpopgave (zomer 2021) blijkt dat agrotoerisme wel wordt gebruikt in Europese subsidies, maar nog niet is verankerd in provinciaal en gemeentelijke beleid als een volwaardige bedrijfstak voor agrarische ondernemers. Voor agrotoerisme is een samenhangende structuur nodig, gericht op een bepaalde regio met aandacht voor de relatie tussen de agrarische activiteiten en het cultuurhistorische landschap en voor streekproducten, die onderdeel zijn van toeristische arrangementen en routes.
